RAAD: Raadscommissie

In dit blok spreken de raadsleden over voorstellen vanuit de raad en/of college, wat niet direct tot besluiten leidt, maar waarbij opiniërend met elkaar verkend wordt hoe de raad hier tegenover staat.

Geheimhouding
Het college heeft op op grond van Artikel 87 en 88 van de Gemeentewet en Artikel 5.1, lid 1 onder c van de Wet open overheid geheimhouding opgelegd op het Samenwerking- en toetredingsvoorstel N.V. Area Reiniging inclusief alle bijlagen. Nu de stukken waarop het college geheimhouding heeft opgelegd zijn overgedragen aan de gemeenteraad, moet de raad deze geheimhouding in acht nemen. De raad kan (exclusief) beslissen de geheimhouding op te heffen. Het college adviseert de gemeenteraad de geheimhouding voort te laten duren voor een periode van 3 jaar.

Vergaderen over geheime stukken
Bij stukken waar de verplichting tot geheimhouding is opgelegd, is het niet automatisch dat er in beslotenheid vergaderd dient te worden. Dit is alleen nodig indien de commissie of raad informatie wil uitwisselen waar geheimhouding is opgelegd. Indien de commissie of raad van mening is dat beraadslaging niet nodig is of dat de informatie uit het document waar geheimhouding op ligt geen onderdeel hoeft uit te maken van de beraadslaging, dan kan de beraadslaging in de openbaarheid plaatsvinden. Zie bijgevoegde memo 'stappenplan vergaderen in beslotenheid' voor meer informatie. 

Samenvatting:
Het college heeft samen met de gemeente De Wolden een verkenning uitgevoerd naar toetreding tot N.V. Area Reiniging. Er is onderzocht welke afvaltaken kunnen worden overgedragen aan Area, met als doel efficiënter te werken. Op basis van deze verkenning is er een aanbieding gedaan door N.V. Area Reiniging, met een beoogde ingangsdatum van 1 januari 2027. De aanbieding voldoet volgens het college aan de belangrijkste voorwaarden, zoals het behoud van service, minimale merkbaarheid voor inwoners en gemeentelijke regie op beleid en grondstoffen. Het college is voornemens te besluiten deel te nemen aan en toe te treden tot N.V. Area Reiniging op basis van dit aanbod. Voor toetreding is deelname in het aandelenkapitaal nodig. Borger-Odoorn verkrijgt een belang van 7,08% ter waarde van €746.417. Door overdracht van gemeentelijke activa ontvangt de gemeente per saldo €39.874. De verwachte stijging van de afvalstoffenheffing bedraagt ongeveer €11 per aansluiting. Het college vraagt de raadscommissie om eventuele wensen of bedenkingen kenbaar te maken, waarna het college een definitief besluit kan nemen.

De commissie:
Het besluit om toe te treden tot N.V. Area Reiniging is de bevoegdheid van het college. De raadscommissie heeft alleen de bevoegdheid wensen en bedenkingen te uiten over de toetreding. Tijdens dit agendapunt is daar gelegenheid toe, op basis van de door het college verstrekte raadsbrief met informatie. Het college kan deze input meenemen in haar besluitvorming. Wensen en bedenkingen vergen geen raadsbesluit, daarom wordt dit onderwerp enkel in de raadscommissie behandeld. Het onderwerp gaat niet door naar de raadsvergadering.

In dit blok spreken de raadsleden over de ingediende raadsvoorstellen, ze kunnen hun voorlopig standpunt weergeven, politieke vragen stellen aan het college en aan de overige raadsleden en met elkaar hierover in debat gaan.

Samenvatting:
Het initiatiefvoorstel betreft het verstrekken van een incidentele subsidie aan de lokale politieke partijen Gemeentebelangen Borger-Odoorn en Leefbaar Borger-Odoorn over het jaar 2025, vooruitlopend op de invoering van de Wet op de Politieke Partijen. Deze wet zal naar verwachting in 2027 in werking treden en voorziet in een structurele subsidie voor decentrale politieke partijen. In afwachting van de wet wordt voorgesteld om de twee lokale partijen te ondersteunen met een subsidie van €6.580, gedekt uit de post Onvoorzien in de begroting van 2025. Het subsidiebedrag is gebaseerd op €658 per zetel, conform het wetsvoorstel. Deze subsidie is bedoeld voor activiteiten zoals opkomstbevordering voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2026 en scholing van raadsleden. Het voorstel beoogt gelijke behandeling van lokale en landelijke politieke partijen, zoals vastgelegd in artikel 1 van de Grondwet.

Bevoegdheid van de raad:
De raad heeft, volgens artikel 192 van de gemeentewet, de bevoegdheid tot het
beschikbaar stellen van budgetten en kan conform artikel 4:23 lid 3 onder a Awb een spoedeisende subsidie verstrekken.

De commissie:
Het is aan de commissie om te beoordelen of het raadsvoorstel rijp is voor behandeling in de raadsvergadering en om te bepalen of het als bespreekstuk of als hamerstuk wordt geagendeerd.

Samenvatting:
Met dit raadsvoorstel vraagt het college de raad in te stemmen met het samenvoegen van de werkzaamheden van de GR EMCO-groep en Menso NV tot één werkontwikkelbedrijf voor de gemeenten Emmen, Borger-Odoorn en Coevorden met als uitgangspunt dat de gemeenten Borger-Odoorn en Coevorden medeaandeelhouder (proportioneel) worden in een samengevoegde NV. Het doel is om een toekomstbestendige regionale sociale infrastructuur te creëren voor de uitvoering van de Participatiewet en de Wet sociale werkvoorziening (WSW). De huidige structuur blijkt niet voldoende om de toenemende uitdagingen effectief aan te pakken. Het college heeft als doel om eind december 2026 een voorstel tot definitieve besluitvorming aan de raad voor te leggen.

De commissie:
Het is aan de commissie om te beoordelen of het raadsvoorstel rijp is voor behandeling in de raadsvergadering en om te bepalen of het als bespreekstuk of als hamerstuk wordt geagendeerd.

Opmerking: Op verzoek van de commissie Financiën zijn in de toelichting van de verordening de begrippen "grote en complexe projecten" verduidelijkt onder de paragraaf "nieuwe ontwikkeling: Kaders voor begrotingswijzigingen bij grote projecten." Daarnaast is op verzoek van de commissie Financiën de notitie 'Voorkomen en Bestrijden van Misbruik en Oneigenlijk Gebruik' ter kennisname toegevoegd aan de stukken. De raad neemt geen besluit over deze notitie, aangezien dit een collegebevoegdheid betreft.
Samenvatting:

Het raadsvoorstel betreft het vaststellen van de Financiële Verordening 2025 en de Controleverordening 2025, en het intrekken van de eerdere versies uit 2023. De actualisatie is volgens het college nodig vanwege de invoering van de rechtmatigheidsverantwoording, nieuwe bepalingen over de kwaliteit van besluitvorming bij grote en complexe projecten, verduidelijking van rapportagegrenzen en afstemming op landelijke regelgeving. De verordeningen beogen transparanter financieel beheer, versterking van de controlerende rol van de raad en zorgvuldige accountantscontrole. Er is geen directe financiële impact. De verordeningen treden met terugwerkende kracht per 1 januari 2025 in werking, met een evaluatie in 2028.

Bevoegdheid van de raad:
De raad is op grond van artikel 212 en artikel 213 van de Gemeentewet bevoegd om regels op te stellen over het financieel beleid, beheer, organisatie en de accountantscontrole. Hiermee geeft de raad invulling aan haar kaderstellende en controlerende rol. Het voorstel betreft uitsluitend het vaststellen van de verordeningen; de uitvoering en toepassing ervan is belegd bij het college.

De commissie:
Het is aan de commissie om te beoordelen of het raadsvoorstel rijp is voor behandeling in de raadsvergadering en om te bepalen of het als bespreekstuk of als hamerstuk wordt geagendeerd.