1. Uit te zoeken hoe de voorlichting over middelengebruik vergroot en verbetert kan worden en waar in de uitvoering ook mogelijk samenwerking met andere gemeenten, bij voorkeur in Drents verband mogelijk is.
2. Te onderzoeken hoe de monitoring van problematisch middelengebruik, in de gemeenten waar het IJslandsmodel als pilot is uitgevoerd, is ingeregeld en of dit ook toepasbaar is voor onze gemeente.
3. De raad uiterlijk in het eerste kwartaal van 2024 te informeren over de start van de voorlichting en toepasbaarheid monitoring pilotgemeenten.